Snelste zaalsport
Met de vederlichte shuttle en het racket kan het hele speelveld met soepele polsbewegingen bestreken worden. Badminton is de snelste zaalsport. Het verenigt in zich de snelheid van bijvoorbeeld squash en de schoonheid van bijvoorbeeld (lawn)tennis. De speler is voortdurend in beweging: starten, lopen, afremmen, draaien, wenden en keren, terwijl tegelijkertijd slagbewegingen uitgevoerd worden. Zowel de tegenstander als de shuttle mag geen moment uit het oog worden verloren. Snelheid, behendigheid en uithoudingsvermogen zijn bij deze sport gewenst.
HISTORIE
Badminton schijnt één van de oudste sporten ter wereld te zijn. De oorsprong is niet met zekerheid aan te geven. Tekeningen in holen in India, waarop een soort badminton te zien is, worden op 2000 jaar oud geschat. In overgebleven geschriften werd een spel beschreven waarbij men een ‘vliegend voorwerp’ naar de tegenstander sloeg. Dit vliegend voorwerp bestond uit een gewicht of een vrucht waaraan veren bevestigd waren.
Als slaginstrumenten werden handen en voeten gebruikt. Bij de Chinezen werden geldstukken waaraan kippenveren bevestigd waren naar elkaar toe geslagen. In het jaar 16 had dit spel in China een grote populariteit. Ook in Amerika vond men voorwerpen, voorzien van veren, die met de hand of een stuk hout naar elkaar toegeslagen moesten worden. Uit Europese vorstendommen zijn enkele prachtige schilderijen overgebleven, waarop het badmintonspel herkend kan worden.
In de negentiende eeuw brachten Engelse officieren uit India een spel mee, dat Poona werd genoemd. In 1873 werd het spel op het landgoed Badminton in het graafschap Gloucestershire geïntroduceerd. Hier ontstond de naam van de sport die later een grote bekendheid zou krijgen. In 1887 werden de eerste spelregels vastgelegd en in 1893 werd de eerste badmintonbond opgericht, namelijk de Engelse Bond. In 1934 werd de Internationale Badminton Federatie opgericht, die o.a. toezicht houdt op de spelregels en de naleving daarvan.
Een badmintonbaan is ongeveer twee maal zo lang als breed: 13.40 bij 6.10 meter. Dwars over de baan is in het midden een net gespannen op een hoogte van 1.55 meter. Je kan op “tijd” spelen of “tot 21″ punten (met eventuele verlenging tot maximaal 30 punten) gaan (een game). In wedstrijdverband wordt vaak gespeeld “best of three (games)”.
De badmintonsport kent vijf spelonderdelen:
mannenenkelspel, vrouwenenkelspel, mannendubbel, vrouwendubbel en gemengd dubbel.
Wereldwijd zijn dezelfde spelregels van kracht. De regels zijn te vinden op de regels pagina van onze site.
RACKET EN SHUTTLE
Het handvat heeft verschillende maten: grip nr.2 voor grote handen, nr.3 voor gemiddelde handen en nr.4 voor kleine handen.
Bij de shuttles onderscheiden we twee typen: de veren- en de synthetische shuttles. Shuttles kunnen tijdens het spel met een snelheid van wel 200 km per uur heen en weer geslagen worden. In topwedstrijden gaat een veren shuttle dan ook maar een paar slagwisselingen mee. Daarom worden er op lager niveau meestal kunststof shuttles gebruikt, die veel duurzamer zijn.